Waterzucht veroorzaakt zwellingen, die zowel lokaal als door het hele lichaam kunnen voorkomen. Het komt voor bij diverse aandoeningen. Het hier beschreven vochtafdrijvende recept uit het begin van de 19e eeuw heeft als hoofdbestanddeel vlierbast, dat toen nog een officieel geneesmiddel was. Deze remedie komt uit een particulier receptenboek, namelijk dat van Cornelia Anna van Westrenen (1777- 1839).
NETTIE STOPPELENBURG EN MAAIKE VAN KREGTEN
Nederlands Tijdschrift voor Fytotherapie 2022 jaargang 35 nr. 2
Veel documenten die bewaard zijn gebleven, zijn afkomstig van rijke(re) mensen. Zo ook Cornelia; zij was getrouwd met Willem Hendrik de Beaufort en woonde vanaf 1810 op het landgoed Den Treek in Leusden. Tot de nakomelingen van dit echtpaar behoort Ella van Heemstra, de moeder van actrice Audrey Hepburn (1929-1993) [1].
Haar receptenboek dateert uit het begin van de 19e eeuw. Het bevat hoofdzakelijk culinaire recepten, maar ook een paar medicinale. Deze bevinden zich in een apart gedeelte van het handgeschreven boekje, na een flink aantal leeg gebleven pagina’s. De vijf recepten betreffen de meest uiteenlopende problemen; er is nauwelijks samenhang in te ontdekken. Zo is er een ‘Remedie tegen kinkhoest’ en een recept genaamd ‘IJslandsche mos’ dat boven het middel tegen kinkhoest is geschreven en mogelijk ook tegen hoest werd gebruikt. Er is een ‘Maag en koorts middel’, een ‘Recept voor eene vrouw, die uit de kraam iets bij zich heeft gehouden’ en de hier besproken ‘Remedie voor het water’. Daarnaast geeft ze een beschrijving van de redding van iemand die bijna was verdronken [2]. Recepten werden volop uitgewisseld en het is niet bekend van wie zij ze heeft gekregen.

Een tafelbord vol van de tweede bast*
van vlier, een handvol ongewaschen
crenten en een loot anijszaad, te
trekken gezet op een pintje jenever.
Een klein half theekopje ’s morgens
nuchteren er van genomen en ’s avonds
eer men gaat slaapen weer een klein
half theekopje.
*Middelste bast, tussen schors en merg, zoals kaneel.
De volgende planten uit het recept zijn bestudeerd op hun vochtafdrijvende werking: vlierbast, krenten en anijszaad. De jenever is op de alcohol na verder buiten beschouwing gelaten, omdat de samenstelling ervan onbekend is. Er zijn twee Nederlandstalige kruidenboeken geraadpleegd en vervolgens farmacopees die gangbaar waren in dezelfde periode. Zo is de Pharmacopoea Batava uit 1805 geraadpleegd. Deze verving de stadsfarmacopees en was daarmee de eerste nationale farmacopee van De Nederlanden. In 1823 kwam de Pharmacopoea Belgica uit, die de voorgaande opvolgde. De Nederlandsche Apotheek uit 1826 is hier een vertaling van [3]. In dit artikel zijn de Bataafse farmacopee [4] en de Nederlandsche Apotheek (NA) [5] gebruikt. Tot slot is PubMed afgezocht op de botanische naam en trefwoorden zoals diuretic en diuresis.
Vlierbast wordt door Dodonaeus (1517-1585) als volgt beschreven: “Die gruene middel scorsse van den tacxkens van Vlier (..) met ghewelt ende turbatie dwater afiaghende alsmense inneempt.”[6]. Blankaart (1650- 1704) zegt hierover: “De middel-bast der takken (…) moeten dan uit deeltjes bestaan, die door hare prikkelinge en beweginge des maags en darmens beweeg-veselen tot stuip-trekkingen verwekken. Daarom werden die in watersugtige voorgeschreven.” [7].
Beide farmacopees geven de binnenste of middelste bast aan als ingrediënt. De NA zegt: “De bast der takken, die van de opperhuid beroofd zijn, is wit, eerst zoetachtig, daarna bijblijvend scherp, en bitterachtig van smaak.” [4,5]. Het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) geeft aan dat vlierbast cyanogene glycosiden bevat en dat die misselijkheid, overgeven of ernstige diarree kunnen veroorzaken [8].
Krenten zijn de gedroogde vruchten van Vitis vinifera L. var. Apyrena. Volgens Dodonaeus is de werking gelijk aan die van rozijnen (Vitis vinifera L.). Deze beschrijft hij als verzachtend voor onder andere de maag, darmen en blaas. Hij benoemt ook dat ‘sommigen ze met water of wijn wassen’. Hij geeft er geen verklaring voor of uitleg over; het lijkt optioneel te zijn [9]. In het boek van Blankaart wordt de wijnrank niet behandeld, maar in beide farmacopees komt de plant wel voor. Er zijn aanwijzingen dat druiven een diuretische werking zouden kunnen hebben [10,11].
Anijszaad “doet water ende den steen rijsen“, “es seer goet den watersuchtighen ghebruyckt“, aldus Dodonaeus [6]. Hij geeft ook indicaties van een spasmolytische werking, en het ‘stelpt het de buikloop’ [9]. Volgens Blankaart “stilt [het] pijne des buiks.”[7]. In beide farmacopees komt anijszaad voor.
Het EMA noemt het traditionele gebruik van anijszaad als diureticum, maar noemt ook een onderzoek waaruit blijkt dat anijsolie bij ratten het urinevolume verlaagt. De etherische olie (EO) heeft wel een spasmolytisch effect op glad spierweefsel en kan bijvoorbeeld buikpijn tegengaan [12]. Omdat in dit recept alcohol wordt gebruikt, kunnen we ervan uitgaan dat het middel EO bevat.
Vlierbast lijkt dus een krachtig vochtafdrijvend middel te zijn. Van de andere twee ingrediënten kan niet overtuigend worden vastgesteld of ze in deze bereiding een diuretisch effect hebben. Maar omdat vlierbast alleen al zo’n sterke werking heeft, lijkt het er eerder op dat ze zijn toegevoegd om het sterke effect van de vlierbast af te zwakken. De krenten kunnen zijn gebruikt tegen irritatie van de slijmvliezen en venkel als spasmolyticum om kramp te verminderen.
Het beschreven middel is een 1:1 tinctuur, maar hoe geconcentreerd het is, is niet helemaal duidelijk. Er staat niet bij hoe lang het moet trekken, noch of de ingrediënten uit de jenever gehaald moeten worden of erin blijven zitten. Het kan dus een slap aftreksel zijn of in de loop van de tijd steeds sterker worden. Echter, een klein half theekopje is toch al snel zo’n 50 ml. Een borrelglaasje ’s ochtends op een nuchtere maag: deze auteurs houden het toch liever bij een kop koffie of thee…
Drs. P.M. (Nettie) Stoppelenburg is cultuurhistorica en werkzaam als medewerker educatie en dienstverlening bij Het Utrechts Archief.
Drs. M.E. (Maaike) van Kregten studeerde Taal-en Cultuur Studies (-LAS) in Utrecht, fytotherapie bij Herba Sanitas en is werkzaam bij dit tijdschrift. Reacties naar: m.vankregten@yahoo.com.
REFERENTIES | [1] Het Utrechts Archief: toegang 53 Familie De Beaufort, inventarisnummer 10. [2] Het Utrechts Archief: toegang 53 Familie De Beaufort, inventarisnummer 453. Het receptenboek is gescand en online te bekijken. Zie: hetutrechtsarchief.nl/onderzoek/resultaten/archieven?-mivast=39&miadt=39&mizig=210&miview=inv2&milang=nl&micols=1&micode=53&mip2=453 [3] Vree PH. Proefschrift. ‘De vermeerdering onzer kennis’: Bereiding en onderzoek van geneesmiddelen in Nederlandse farmacopees (1851–1966). Universiteit Leiden; 21-10-2020.
[4] Brugmans SJ. et al. Pharmacopoea Batava. Amsterdam: Johannes Allart; 1805. [5] Brugmans SJ. et al. Nederlandsche apotheek. ‘s-Gravenhage: Algemeene Lands Drukkerij; 1826. [6] Dodonaeus R. Cruijdeboeck. Antwerpen: Jan van der Loe; 1554. In te zien via: leesmaar.nl; geraadpleegd: 29-03-2022. [7] Blankaart S. Den Neder-landschen herbarius ofte kruid-boek. Amsterdam: Jan ten Hoorn; 1698. In te zien via: www.dbnl.org/tekst/blan012nede01_01/blan012nede01_01_0038.php [8] EMA/HMPC. Assessmentreport on Sambucus nigra L., fructus. 2014. [9] Dodonaeus R. Cruydt-boeck. Antwerpen: Balthasar Moretus; 1644. In te zien via: leesmaar.nl; geraadpleegd: 29-03-2022. [10] Pop AL. et al. The influence of Vitis vinifera extracts on diuresison rats. Nutriterra. Via: nutriterra.org/influence-vitis-vinifera-extracts-diuresis-rats; geraadpleegd: 31-03-2022. [11] Kateel R. et al. Evaluation of diuretic activity of gallic acid in normal rats. J Sci Innov Res. 2014;3(2):217-220. [12] EMEA/HMPC. Assessment report on Pimpinella anisum L., fructus and Pimpinella anisum L., aetheroleum. 2013.